GroenLinks vindt dat het gemeentebestuur een voorbeeldfunctie heeft als het gaat om alcoholgebruik. Bij een feestje kan het best wat minder. Ton de Nooij stelde onderstaande vragen aan het College van B&W. Antwoord moet binnen dertig dagen binnen zijn.

Vragen op grond van art. 41 Reglement van Orde, over beleid ten aanzien van alcoholverstrekking door de Gemeente Vlissingen

 

Vlissingen, 22 februari 2010

 

Geacht college,

 

Op vrijdag 19 februari vond de feestelijke start van de restauratie van de Timmerfabriek plaats.

Graag had ik daarbij het glas geheven op het welslagen van deze onderneming. Dat kon op dat moment alleen met alcoholhoudende drank. Daar had ik op dat moment geen behoefte aan.

Voor mij ging er het verkeerde signaal van uit, dat alcohol de norm is.

Natuurlijk is de symbolische betekenis van champagne mij niet onbekend, maar dat kan best doorbroken worden.

Bij de sofdrugsconferentie op 13 februari 2009 kreeg ik van verschillende politiefunctionarissen te horen, dat zij veel meer te maken hebben met drankgerelateerde problemen dan met drugsgerelateerde problemen.

In het presidium van 23 maart heb ik het beleid ten aanzien van het schenken van alcohol door de gemeente aan de orde gesteld.  De burgemeester heeft daarbij aangegeven, dat “hij het alcoholprobleem een serieus probleem vindt en dat de gemeente daarin een voorbeeldfunctie heeft.”

Bij het voortvarende beleid van dit college staat ons in de komende tijd nog heel wat feestelijks te wachten.

Wil het college de voorbeeldfunctie van de gemeente waar maken?

Wil het college en er dan ook zorg voor dragen, dat bij voorkomende gelegenheden er tenminste een vrije keus is tussen alcoholhoudende dranken en frisdranken, ook bij het heffen van het glas om een belangrijke gebeurtenis te onderstrepen.

 

Hoogachtend

Ton de Nooij, raadslid GroenLinks