Het welzijnsbeleid in Vlissingen gaat op de schop. Daarvoor zijn twee redenen. De noodzaak om fors te bezuinigen is de eerste en het wordt tijd voor een frisse wind. De startnotitie Welzijn Nieuwe Stijl werd in de raad van 22 september behandeld. GroenLinks heeft forse kritiek geuit. Die werd gedeeld door de coalitiepartijen PvdA en VVD. Die stemden toch voor, terwijl GroenLinks tegenstemde. Zie de beschouwing van Ton de Nooij

Voorzitter,

Bij de presentatie van Welzijn Nieuwe Stijl op 5 september werd het motto getoond:

“Geef de burger een hengel in plaats van een vis”.

Dat motto werd in de jaren negentig binnen de protestantse kerk gebruikt om de visie op ontwikkelingshulp kort en krachtig weer te geven. Dat was de samenvatting van een zeer uitgebreid en samenhangend beleid, dat daadkrachtig werd uitgevoerd.

Biedt de nota Welzijn Nieuwe Stijl zicht op samenhangend beleid, niet in het minst!

Wordt dat krachtdadig uitgevoerd? Wonderlijk genoeg is dat wel het geval.

Wat is die vis in dat motto?

Is dat de vier ton die bezuinigd moet worden?

Is dat Palladium, dat per 1 januari wordt opgeheven?

Zijn dat de buurthuizen, die per 1 september gesloten worden, waartoe wij vanavond mogen besluiten? Dan spreek ik nog niet over de gebrekkige communicatie naar de burgers toe over de gevolgen voor de gebruikers van de sluiting van buurthuizen per 1 september.

Is dat het ouderenwerk, dat uitbesteed wordt aan een van de marktpartijen, die zich op de markt van welzijn en geluk begeven?

Is dat het jongerenwerk, dat nu, ik weet niet precies waar, ondergebracht wordt?

Die hengel, is dat een vaste hengel of een werphengel:

Is het een eenvoudig rieten of bamboegeval, of een van carbonfiber?

Het is nu nog niet duidelijk wie het nieuwe welzijsnbeleid moeten gaan uitvoeren. Wel is duidelijk, dat de gemeente de regie uit handen geeft.

Waarom worden de medewerkers van Palladium niet ondergebracht bij de gemeente totdat duidelijk is wie welke taken gaat uitvoeren?

Trouwens: weet die burger al, dat zij zelf moet gaan vissen? Een nota van dit gewicht had eerst aan de raad en aan de burgers voorgelegd moeten worden. Pas na de inspraak kan  de raad er een besluit over nemen. Nu weten we alleen, dat een aantal instanties er in grote lijnen positief over oordeelt. De eventuele punten van kritiek hebben de raad niet bereikt.

De burgers krijgen pas bij de behandeling van het WMO-beleidsplan te horen, dat zij moeten gaan vissen. Bestaat er dan wel duidelijkheid over de vangstmogelijkheden?

GroenLinks heeft werkelijk geen zicht op het eindresultaat.

Aan het slot van de presentatie kregen we te horen, dat het hele veranderingsproces vijf tot tien jaar in beslag zou nemen.

Wij moeten nu overhaast een beslissing nemen. En dat terwijl het plan al in uitvoering is.

Voorzitter, het zal u duidelijk zijn, dat GroenLinks grote bezwaren heeft zowel tegen de wijze van behandeling van het welzijnsbeleid nieuwe stijl als tegen de inhoud van de plannen.